We knoeien liever maar wat aan, zei Geuze bijna met vertedering, kijkend naar z’n eigen buurt waar geveltuintjes worden aangelegd, mensen stekjes ruilen, moestuintjes inrichten, in de weer zijn met kleine dingen. Of naar projecten waar wat duurzaams geprobeerd wordt, en wat vaak maar deels goed uitpakt. Dat is gelegitimeerd, vindt Geuze, “zolang we maar de goeie kant op knoeien.”
Misschien, denk ik steeds vaker, zijn Nederlanders wel onverbiddelijke optimisten. Want hebben we niet steeds het idee dat er tijdig oplossingen komen voor problemen? Dat ze – of we – het wel gaan oplossen? En dat als we zelf zo wat dingen anders doen in ons eigen leven, die oplossing er ook komt. Als we ons afval netjes scheiden. Een paar dagen per week geen vlees eten. Scharreleieren kopen. Lid zijn van Natuurmonumenten. Dan komen we toch een eind? Overheidscampagnes zoals ‘Iedereen doet wat’, of de opvolger van dit jaar: ‘Wij gaan meer doen voor het klimaat’ bevestigen dat.
Maar is het genoeg, of gaan we zo vrolijk knoeiend naar ‘de afgrond’? Ik lig er wel eens wakker van… Maar als ik na een nachtje tobben weer naar buiten ga, lijkt de wereld vooralsnog niet zo negatief veranderd. Lijkt de Nijmeegse straat waar ik insta als ik de deur uitloop, nog dezelfde als vorige maand, vorig jaar. En als ik beter kijk, is er tot mijn verrassing vergeleken met 25 jaar terug, toen ik er kwam wonen, toch veel veranderd:
Ik constateer dat we in deze straat en de stad al die tijd wel degelijk de goeie kant op knoeiden!
Stel je eens voor dat dit in elke straat of stad in Nederland, in Europa, … gebeurt. Dan slaan we misschien toch een deuk in het mondiale pakje boter.
Communicatiebureau de Lynx
Gebouw met de Vaas
Gerrit Zegelaarstraat 1
6709 TA Wageningen
Meer weten over
ons groene hart?